Longread Talent #2: Ik en de wereld: Post-crisis ontwerpgeneratie zoekt (en vindt) zijn plek in kwetsbare toekomst

De afgelopen zeven jaar heeft het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie ruim 250 jonge ontwerpers ondersteund met de Regeling Talentontwikkeling. In drie longreads wordt gezocht naar de gedeelde mentaliteit van deze ontwerpgeneratie, die is gevormd door de grote uitdagingen van onze tijd. Daarbij wordt onderzocht hoe ze omgaan met thema's als technologie, klimaat, privacy, inclusiviteit en gezondheid. Met in deze tweede longread: ontwerptalent wordt gevoed door een gevoel van urgentie. 'Als wij het tij niet keren, wie dan wel?'

30 september 2021

15 september 2008. 12 december 2015. 17 maart 2018. Het lijken willekeurige data. Maar deze momenten hebben een stempel gedrukt op het ontwerpveld van nu. Op 15 september 2008 namelijk ging de New Yorkse zakenbank Lehman Brothers failliet; de daaropvolgende diepe financiële crisis legde de wanorde van het mondiale economisch systeem haarscherp bloot. Op 12 december 2015 sloten 55 landen (inmiddels 197) een vergaand Klimaatakkoord, waarmee klimaatverandering als vaststaand feit werd erkend. De industriële uitputting van bestaande grondstoffen en energievoorraden is 'officieel' onhoudbaar. En op 17 maart 2018 berichtte The New York Times over een grootschalige politieke manipulatie door het databedrijf Cambridge Analytica. Het democratisch ideaal van de twintigste eeuw spatte uiteen op fake news en privacyinbreuk.

Deze gebeurtenissen – en nog wel meer overigens – markeren een permanente staat van crisis in de wereld. De ruim 250 ontwerpers die sinds 2014 zijn ondersteund via de Regeling Talentontwikkeling van het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie zijn opgeleid tijdens en daarmee gevormd door deze crises. Zij behoren tot de laatste ontwerpgeneratie die 11 september 2001 nog bewust heeft meegemaakt. Een generatie die wordt gemotiveerd door een gevoel van urgentie. Zij weten: als wij het tij niet keren, wie dan wel? Tegelijkertijd zijn ze gespeend van arrogantie. Zij zijn zich terdege bewust van de beperkingen van zowel hun expertise als de discipline waarin ze werken – of dat nou productdesign, mode, digitaal ontwerp of architectuur is. De illusie dat zij die ene alomvattende oplossing hebben, koesteren ze niet.

Irene Stracuzzi, The legal status of ice

de geldstromen in kaart

Maar communicatie is ook een krachtig wapen, weet Femke Herregraven (lichting 2015). De grafisch ontwerper verdiepte zich in de financiële constructies achter de neoliberale wereldeconomie en maakte deze zichtbaar. Herregraven richtte zich hierbij op de offshoreconstructies en het loskoppelen van kapitaal en fysieke locaties. Met een serious game liet ze je spelenderwijs kennismaken met de internationale belastingconstructies in verre oorden. Dit Taxodus put uit een grote database, waarin verschillende internationale belastingverdragen en gegevens van bedrijven en landen zijn verwerkt. Rijk worden was inderdaad nog nooit zo leuk en makkelijk. Daarnaast onderzocht zij de koloniale geschiedenis van Mauritius en de nieuwe rol van dit eiland in de Indische Oceaan als belastingparadijs. Met minutieus speurwerk en verrassende ontwerpen toonde Herregraven verborgen waardesystemen en maakte de materiële en geografische gevolgen ervan inzichtelijk. Om het ongebreidelde kapitalisme te kunnen hervormen, moet je toch eerst de valkuilen ervan kennen.

Kennis is ook macht. Daarmee zoeken deze ontwerpers hun plek in een wereld die steeds kwetsbaarder is. Heel letterlijk kwetsbaar ook, want klimaatverandering wordt als grootste bedreiging ervaren. Ook hier bepalen geopolitieke krachten het speelveld, toonde grafisch ontwerper Irene Stracuzzi (lichting 2019). Met haar installatie The legal status of ice verbeeldt zij de claim die de vijf Arctische landen – Rusland, Canada, Denemarken, Noorwegen en de VS – leggen op de Noordpool. Onder het smeltende zee-ijs kunnen zich tenslotte immense olie- en gasvelden bevinden. Maar zou niet juist dat ijs zelf, dat sinds het einde van de jaren zeventig met de helft is geslonken, aan de orde moeten zijn? Dit contemporaine imperialisme is door Stracuzzi letterlijk in kaart gebracht met een reusachtig 3D-model van de Noordpool waarop de overlappende claims en andere data worden geprojecteerd. The legal status of ice gaat over de Noordpool, maar ook over de uraniummijnen in Angola, of de nieuwe ruimtewedloop op zoek naar delfstoffen op de maan. Het gaat over een systeem van uitbuiting en kolonialisme. Stracuzzi's werk werd door de invloedrijke curator Paola Antonelli geselecteerd voor de manifestatie Broken Nature in de Triennale di Milano in 2019. Niemand kan nu nog beweren dat wij het niet wisten.

Marco Federico Cagnoni

Het besef dat de complexiteit van de klimaatcrisis te groot is om het alleen het hoofd te bieden, zit diep. Gretig werken ontwerpers samen met andere disciplines. Zo doet Marco Federico Cagnoni (lichting 2020) met de Universiteit Utrecht onderzoek naar latexproducerende eetbare planten. Onder meer maïs en aardappelen worden nu nog verbouwd als grondstof voor bioplastic, waarbij in dat productieproces de voedingsstoffen verloren gaan. Cagnoni concentreert zich op voedselgewassen waarvan het restmateriaal ook wordt verwerkt tot volwaardige bioplastics.

Teresa van Dongen

levende lampen

Vanuit een besef dat de aarde niet langer straffeloos kan worden uitgebuit, zoeken ontwerpers naar een symbiose met de natuur. De routekaart is divers: de natuur wordt beschermd, nagebootst, gerepareerd of verbeterd. We zijn tenslotte in het Antropoceen, het tijdperk waarin menselijk handelen al het leven op aarde beïnvloedt. Maar als de natuur door de mens kan worden vernietigd, dan kan deze ook worden herschapen. Biodesigner Teresa van Dongen (lichting 2016) werkte voor de ontwikkeling van de lamp Ambio op basis van lichtgevende bacteriën samen met microbiologen van de TU Delft en Universiteit Gent. De lamp is feitelijk een lange buis met een vloeistof waarin zeebacteriën leven; als de buis schommelt worden de bacteriën geactiveerd om licht af te geven. Hoe beter er voor de bacteriën wordt gezorgd, hoe meer en langer ze licht geven. Naast een duurzaam alternatief fungeert haar biolamp ook als krachtig communicatiemiddel. Het kan dus wel, samenwerken met de natuur. Wij zijn het alleen verleerd.

Daarom zoeken ontwerpers ook naar manieren om ons contact met de natuur te herstellen. Architect Anna Fink (lichting 2020) suggereerde een plattelandshuis dat bestaat uit kamers die verspreid liggen in bossen, weilanden en een dorp. Bewoners moeten hun Landscape as House zelf onderhouden door te kappen, planten, maaien, bouwen en repareren. De essentie van dit gefragmenteerde 'huis' is een dagelijks ritme van beweging van kamer tot kamer en een bewustwording van omgeving, tijd en ruimte. Routines en rituelen zijn geworteld in de verandering van het weer. Seizoenen worden een huiselijke ervaring. Fink putte hiervoor uit de eeuwenoude, halfnomadische levensstijl van haar voorouders in de vallei van het Bregenzerwald in de noordelijke Alpen. Hyperlokaliteit als oplossing voor mondiale vraagstukken.

Sissel Marie Tonn i.s.m. Jonathan Reus, Sensory Cartographies

ruwe satelietdata

Al zijn er ook ontwerpers die juist vertrouwen op technologie om de natuur te ervaren. Want waarom terugverlangen naar iets wat niet meer bestaat? Het Antropoceen is immers al begonnen. Sissel Marie Tonn (lichting 2020) gebruikt wetenschappelijke data als seismografische metingen. Deze complexe en abstracte data combineert ze met empathische gesprekken met Groningers over hun ervaringen met de aardbevingen. Deze gelaagde informatie over zowel de menselijke als de geografische aspecten van aardbevingen werden in samenwerking met twee modeontwerpers – letterlijk – verweven in een draagbaar vest. Daarnaast realiseerde ze met sound artist Jonathan Reus (lichting 2018) een interactieve compositie van sonische vibraties, om de ingrijpende ervaring van een aardbeving voor een breed publiek invoelbaar te maken. Door natuurlijke processen met technologie te verbinden in ruimtelijke installaties, maakt Tonn de impact van de mens op de aarde zichtbaar en tastbaar. De aardbevingen in Groningen zijn immers door de mens in gang gezet.

De opvatting over wat natuur is, verschuift door nieuwe technologieën als life science en biohacking. Het zal geen toeval zijn dat deze ontwerpers ongeveer net zo oud zijn als Dolly, het eerste gekloonde schaap ter wereld (1996). De Taiwanees-Nederlandse ontwerper Kuang-Yi Ku (lichting 2020) trok deze genetische replicatie met zijn Tiger Penis Project door naar de gezondheidszorg. De tijgerpenis wordt in veel traditionele Aziatische geneeskunde gezien als medicijn met heilzame krachten voor de mannelijke potentie. De toch al met uitsterven bedreigde tijger staat hierdoor nog verder onder druk. Daarom stelde Ku – hij studeerde eerder ook al tandheelkunde – voor om een tijgerpenis op basis van stamcellen in het laboratorium te kweken. Wat meteen ook weer allerlei nieuwe dilemma's opriep: is de tijgerpenis die niet afkomstig is van een wilde tijger maar uit een kweekbakje komt nog wel geschikt als traditioneel Chinees geneesmiddel? Oftewel wat zijn eigenlijk de grenzen van nature by design?

Kuang-Yi Ku, Tiger Penis Project

Deze versmelting van biologie en technologie zal uiteindelijk leiden tot een nieuw soort wezen: de posthuman. Sieradenontwerper Frank Verkade (lichting 2017) ontwikkelde met zijn project Paradise een scenario voor dat maakbare lichaam. Maar in plaats van technologie geeft Verkade juist een grote rol voor plant en dier om het menselijk lichaam aan te passen aan de moderne tijd. De oorsprong van sieraden ligt namelijk bij prehistorische natuurvolkeren die dierlijke vormen en natuurlijke materialen gebruikten om de mythische natuurkrachten over te nemen. Verkade verbindt de moderne mens met zijn omgeving door terug te grijpen op de oertijd.

technologie hacken

Maar als technologie zo bepalend wordt voor de toekomst van de mens, dan mogen wij de toekomst van onze technologie toch niet overlaten aan een kleine groep welvarende witte mannen van middelbare leeftijd uit Silicon Valley of het Europees Parlement? Aldus speculatief ontwerper Frank Kolkman (lichting 2018). De discussie over de rol van technologie in ons dagelijks leven moet daarom onderdeel uitmaken van dat dagelijks leven. OpenSurgery is een onderzoek naar een doe-het-zelfoperatierobot. Deze worden nu al met behulp van 3D-printers en lasercutters gebouwd voor en door mensen in de VS die geen arts meer kunnen betalen. De zelfbenoemde design hacker houdt ons hiermee een spiegel voor waarin de sociale, ethische en politieke implicaties van technologie zichtbaar worden. Wat vinden we hiervan? Willen wij dit? Terugdraaien van technologie is tenslotte bijna onmogelijk.

Frank Kolkman, Opensurgery

Deze ambivalente houding ten opzichte van technologie is een rode draad in de nieuwe ontwerpmentaliteit. Met de tablet op schoot en laptop op school, is deze ontwerpgeneratie opgegroeid als digital natives. Technologie speelt een vanzelfsprekende rol in hun leven. Maar ze zien ook de risico's ervan. Robotisering, big data en kunstmatige intelligentie roepen nieuwe ethische dilemma's op over privacy en werkgelegenheid. I agree with the terms of Click here to continue – vaak meerdere keren per dag drukken wij deze waarschuwingen, want dat zijn het volgens dataontwerper Julia Janssen (lichting 2018), achteloos weg. Maar waar geven wij nou eigenlijk toestemming voor? Welke gegevens worden er verzameld en door wie? Maar vooral: waarom? En wat is de waarde van informatiestromen? Met haar project 0.0146 seconds (de tijd die het kost om op de accept all-button te klikken) maakt Janssen ons bewust van de onzichtbare economie achter internet. Daarvoor zette ze alle 835 privacyregels van de website van de Britse tabloid Daily Mail in een vuistdik boek. Op evenementen als de Dutch Design Week wordt dit boekwerk als een openbare aanklacht voorgelezen door het publiek.

Cream on Chrome

aanklager en verdediger

De nieuwe digitale realiteit waarin niets is wat het lijkt en nepnieuws overal op de loer ligt, duwt ontwerpers in de rol van waarheidsvinders. Om te voorkomen dat complexe mondiale vraagstukken als globalisering of klimaatverandering in een abstracte discussie verzanden, maakte het ontwerpduo Cream on Chrome (Martina Huynh en Jonas Althaus, lichting 2020) zonder een spoor van ironie gebruik van een fictieve rechtszaak waarin dagelijkse voorwerpen worden aangeklaagd. Een sneaker wordt gearresteerd en vervolgd voor klimaatverandering en een mondkapje staat terecht voor het niet op tijd aanwezig zijn om besmetting te voorkomen. Met dit debat tussen aanklager en verdediging plaatst Cream on Chrome vraagtekens bij de onderlinge verwijten en het zoeken naar een zondebok. Want zijn wij het feitelijk niet zelf die in het beklaagdenbankje staan?

ontwerpen vanuit urgentie

Ontwerpers nemen zo de rol aan van de kanarie in de koolmijn. Zij zijn het die ons waarschuwen voor de gevolgen van 15 september 2008, 12 december 2015 en 17 maart 2018. De Regeling Talentontwikkeling stelt ze in staat om dit te doen zonder belemmeringen door gebrek aan tijd of geld. En misschien nog wel belangrijker: zonder de druk van meetbaar rendement. Alleen bij vrij experiment is er ruimte voor onverwachte inzichten. Wie had kunnen bedenken dat het Tiger Penis Project van Kuang-Yi Ku maar dan met vleermuizen en schubdieren een wereldwijde pandemie had kunnen voorkomen? Of dat de Daily Mail inmiddels niet langer door Wikipedia wordt erkend als een betrouwbare nieuwsbron, iets waarop Julia Jansen al zinspeelde?

Ontwerpers wordt de mogelijkheid geboden om de wereld te transformeren in plaats van zich te conformeren aan the powers that be; in plaats van dreigende onomkeerbaarheid wordt potentiële verbetering gekoesterd. Met speculatieve of juist praktische, maar altijd inventieve ontwerpen wordt de wereld verklaard, en verbeterd. Waarmee Talentontwikkeling niet alleen een waardevol instrument is voor de individuele ontwerpers, maar voor de hele samenleving.

Tekst: Jeroen Junte